Hoe Tsunami's Werken





De vloedgolf van een tsunami kan ruim 30 meter hoog zijn en met een snelheid van 800 kilometer per uur neerslaan -- een gevaarlijke combinatie voor alles en iedereen op haar pad. Alex Gendler ontvouwt de oorzaken van dit natuurgeweld en legt uit hoe wetenschappers proberen om toekomstige schade te beperken.


Bekijk hier de hele les

In 479 v. Chr., toen Perzische soldaten de Griekse stad Potidaea belegerden, trok het getij zich veel verder terug dan anders, waardoor een handige invasieroute ontstond. Maar het was geen gelukstreffer. Voordat ze halverwege waren, kwam het water terug in een grotere golf dan iemand ooit had gezien en de aanvallers verdronken.

De Potidaeanen geloofden te zijn gered door de toorn van Poseidon. Maar wat ze eigenlijk gered had, was hetzelfde fenomeen dat al zo velen had vernietigd: een tsunami.

Hoewel tsunami's bekend staan als vloedgolven, hebben ze niets te maken met de getijden veroorzaakt door de aantrekkingskracht van zon en maan. In zekere zin zijn tsunami's gewoon grotere versies van normale golven. Ze hebben een dal en een kam en bestaan niet uit bewegend water, maar uit de verplaatsing van energie door water. Het verschil is waar deze energie vandaan komt.

Bij normale oceaangolven komt ze van wind. Omdat ze alleen het oppervlak beroert, wordt de snelheid en grootte van de golven beperkt. Maar tsunami's worden veroorzaakt door energie van onder het water: vulkaanuitbarstingen, aardverschuivingen onder water, of meestal een aardbeving op de oceaanbodem, veroorzaakt door de verplaatsing van tektonische platen, die een enorme hoeveelheid aan energie in het water loslaten.

Deze energie gaat naar het oppervlak en verplaatst water ver boven de normale zeespiegel. De zwaartekracht trekt het weer terug, wat er voor zorgt dat de energie horizontaal uitvouwt. Zo ontstaat een tsunami, die zich verplaatst met ruim 800 km per uur.

Wanneer hij ver uit de kust is, valt een tsunami nauwelijks op omdat hij over de hele diepte van het water beweegt. Maar zodra hij ondiep water bereikt, gebeurt iets dat 'shoaling' wordt genoemd. Omdat er minder water is om door te bewegen, wordt de enorme hoeveelheid energie samengedrukt. De golf remt af, terwijl haar hoogte met wel 30 meter toeneemt.

Het woord 'tsunami' is Japans voor 'havengolf' omdat het alleen lijkt voor te komen bij de kust. Als het dal van een tsunami eerst de kust bereikt, trekt het water verder terug totdat de golf komt, wat misleidend en gevaarlijk is.

Een tsunami is niet alleen een gevaar voor kustbewoners, maar ook voor gebouwen en bomen landinwaarts, vooral in laaggelegen gebied. Alsof dat nog niet volstaat, trekt het water zich dan terug, samen met het ontstane puin en alles of iedereen op haar pad.

De zeebeving in de Indische Oceaan in 2004 was één van de natuurrampen met de meeste slachtoffers: wel 200.000 doden verspreid over Zuid-Azië.

Dus hoe kunnen we onszelf beschermen tegen zulk natuurgeweld? In sommige gebieden is geprobeerd tsunami's tegen te houden met zeemuren, sluisdeuren en kanalen om het water weg te leiden. Maar dit werkt niet altijd.

In 2011 kwam een tsunami voorbij een vloedmuur die de kerncentrale Fukushima in Japan moest beschermen. Er ontstond een nucleaire ramp en er vielen 18.000 doden.

Veel wetenschappers en beleidsmakers richten zich nu op vroege signalering. Ze houden waterdruk en seismische activiteit in de gaten en gebruiken een wereldwijd systeem om snel alarm te kunnen slaan. Als de natuur zo machtig is dat je haar niet kan tegenhouden, is het 't veiligst om uit de weg te gaan.

 

Bron: TED.com
Reactie plaatsen