De Trans-Atlantische Slavenhandel: Wat Je Meestal Niet In de Geschiedenisboekjes Leest




Slavernij heeft in verschillende vormen plaatsgevonden in de wereld, maar de trans-Atlantische slavenhandel -- die op een gewelddadige manier meer dan tien miljoen Afrikanen naar de Nieuwe Wereld bracht -- springt eruit door zijn globale schaal en blijvende nalatenschap. Anthony Hazard bespreekt de geschiedkundige, economische en persoonlijke impact van dit omvangrijke historische onrecht.

Bekijk hier de volledige les

Slavernij, waarbij mensen eigendom zijn, beroofd van hun vrijheid, heeft in verschillende vormen plaatsgevonden in de wereld. Eén vorm ervan springt eruit door zijn globale schaal en blijvende doorwerking. De trans-Atlantische slavenhandel speelde zich af vanaf de late 15de eeuw tot halverwege de 19de eeuw en omvatte drie continenten. Meer dan tien miljoen Afrikanen werden met geweld naar Amerika vervoerd. Het zou niet alleen een invloed hebben op de slaven en hun nakomelingen, maar ook op de economie en de geschiedenis van vele landen.

Er was al jaren contact geweest tussen Europa en Afrika via de Middellandse Zee. Maar de trans-Atlantische slavenhandel begon pas in de late 15de eeuw met de Portugese kolonies in West-Afrika en de Spaanse bezetting van Noord- en Zuid-Amerika kort daarna. De gewassen in de nieuwe kolonies, suikerriet, tabak en katoen, waren zeer arbeidsintensief en er waren niet genoeg kolonisten of contractarbeiders om alle nieuwe gronden te verbouwen. De indianen werden tot slaaf gemaakt, maar velen stierven aan nieuwe ziektes, terwijl anderen effectief weerstand boden.

Om aan de grote vraag aan arbeid te kunnen voldoen, richtten de Europeanen zich tot Afrika. Afrikaanse slavernij bestond al vele eeuwen in verschillende vormen. Sommige slaven waren contractarbeiders voor een beperkte duur en hadden de kans om zich vrij te kopen. Anderen waren meer zoals Europese lijfeigenen.

In sommige samenlevingen konden slaven deel zijn van de familie van hun meester, land bezitten en zelfs machtsposities bekleden. Maar toen blanke kapiteins goederen, wapens en rum kwamen aanbieden in ruil voor slaven, hadden Afrikaanse koningen en handelaren geen reden tot aarzelen. Ze zagen de mensen die ze verkochten niet als mede-Afrikanen, maar als criminelen, schuldenaars of krijgsgevangenen van een vijandige stam. Door ze te verkopen verrijkten de koningen hun rijk en versterkten ze zich tegen naburige vijanden.

Afrikaanse koninkrijken profiteerden van de slavenhandel, maar de grote vraag van Europa creëerde een intense concurrentie. Slavernij verving andere straffen en slaven gevangennemen werd een reden tot oorlog, in plaats van het gevolg ervan. Om zich te verdedigen tegen rooftochten, hadden naburige koninkrijken Europese vuurwapens nodig, die ze ook kochten met slaven. Slavenhandel werd een wapenwedloop, waardoor samenlevingen en economieën in Afrika veranderden.

De slaven werden geconfronteerd met onwaarschijnlijke wreedheid. Na een mars naar een slavenfort aan de kust, een scheerbeurt om luizen te vermijden en een brandmerk, werden ze op schepen gezet naar de Nieuwe Wereld. Ongeveer twintig procent van hen zouden de overtocht niet overleven. De meeste kapiteins propten zoveel mogelijk mensen in het ruim. Door het gebrek aan hygiëne stierven vele mensen aan ziektes. Anderen werden overboord gegooid omdat ze ziek waren of om de tucht te handhaven. De kapiteins verzekerden zich van hun winst door oren af te snijden als bewijs van aankoop.

Sommige gevangenen namen het recht in eigen handen. Vele Afrikanen uit het binnenland hadden nog nooit blanken gezien en dachten dat ze kannibalen waren, omdat ze mensen kwamen halen en telkens terugkwamen voor meer. Bang dat ze zouden opgegeten worden of om meer lijden te voorkomen, pleegden ze zelfmoord of hongerden ze zichzelf uit. Ze geloofden dat hun ziel daarna terug naar huis ging.

Diegenen die overleefden, werden volledig ontmenselijkt en behandeld alsof ze vracht waren. Vrouwen en kinderen werden bovendeks gehouden en misbruikt door de bemanning, terwijl de mannen moesten dansen om hen fit te houden en opstanden te voorkomen.

Wat er met de Afrikanen gebeurde die wel arriveerden en hoe de erfenis van de slavernij nog altijd hun nakomelingen beïnvloedt, is vrij goed bekend. Maar wat niet veel besproken wordt, is het effect van de slavenhandel op de toekomst van Afrika. Het continent verloor niet alleen tientallen miljoenen gezonde mensen, de meeste slaven waren ook mannen, waardoor het demografische effect op lange termijn nog groter was.

Toen de slavenhandel eindelijk verboden werd in Amerika en Europa, stortten de Afrikaanse koninkrijken in wier economie er afhankelijk van was, waardoor ze kwetsbaar werden voor verovering en kolonisatie. De toegenomen concurrentie en toestroom van Europese wapens leidde tot oorlogen en instabiliteit, tot op de dag van vandaag.

De slavenhandel droeg ook bij aan de ontwikkeling van racistische ideeën. De meeste Afrikaanse slavernij had geen diepere oorzaak dan een wettelijke straf, of oorlog tussen stammen, maar de Europeanen, die een universeel geloof predikten en slavernij van christenen al lang hadden verboden, hadden een rechtvaardiging nodig voor een praktijk die zo duidelijk tegenstrijdig was met hun idealen over gelijkheid.

Daarom beweerden ze dat Afrikanen biologisch inferieur waren en bestemd waren om slaven te zijn. Ze deden hun uiterste best om deze theorie te rechtvaardigen. Zo kreeg slavernij in Europa en Amerika een raciale basis, waardoor het onmogelijk was voor slaven en hun nakomelingen om eenzelfde status te bereiken in de samenleving.

Door al deze zaken was de trans-Atlantische slavenhandel een onrecht op zeer grote schaal waarvan de impact nog steeds zichtbaar is.

 

Bron: TED.com
Reactie plaatsen